Verdriet.

Er zijn bloggers die ik heel graag volg. Nu ik er over nadenk, zijn dat toch wel vaak vrouwen.

Sorry voor dat, beste mannen.  Maar herkenning is voor mij zo belangrijk.

En erkenning voor je vrouwzijn. Vanochtend las ik de volgende blog.

Huisvrouw het hoogste ambt.

Het roept allerlei reacties in me op. Herkenning en erkenning.

Ik laat een reactie achter bestaande uit een liedtekst en de link van het lied.

En met dat ik het lied beluister voel ik de waaroms en de vragen.

Waarom ben ik zoals ik ben, geschapen door mijn Maker en hebben mannen me verboden te zijn die ik ben.

 

Ze zijn boven de Schepper gaan staan en hebben geprobeerd me in hun hokje te stoppen en in hun jasje te wringen.

En dat allemaal vanuit een paar Bijbelteksten, die voor mij uit de context gerukt zijn.

Ja, zo lust ik er ook nog wel een paar.

In de vijfde klas van de lagere school bleef ik zitten. Blijven zitten betekende doubleren, een jaar overdoen.

Het betekende dat je dom was. En dat vonden ze thuis ook. Direct uit school naar huis rennen en moeder moest me het huishouden leren.

Toen ik ging scheiden, kreeg ik de boodschap dat ik me goed moest verzorgen en mijn huisje pikobello in orde moest houden.

Want dan zou er binnen de kortste keren een man zijn plekje in gaan nemen.

Alsof je een vogel bent die haar nestje klaar moet maken.

Ik moet heel eerlijk zeggen dat ik na al die pijnljke ervaringen  niks meer met de kerk heb.

Want heel vaak maken mannen de dienst uit en lijken een rotere wijsheid in pacht te hebben dat het Hoofd van de kerk.

Wat heb ik geworsteld met en wat ben ik nog steeds supergevoelig voor alles wat er aan beperking op me gelegd wordt.

Het navolgende lied van Barbara Streisant vertaalt de vragen en waaroms.

[Prayer]
God, our merciful father,
I’m wrapped in a robe of light,
Clothed in your glory
That spreads its wings over my soul.
Maybe I be worthy
Amen.

There’s not a morning I begin without
A thousand questions running through my mind,
That I don’t try to find the reason and the logic
In the world that God designed.
The reason why
a bird was given wings,
If not to fly and praise the sky
With every song it sings.
What’s right or wrong,
Where I belong
Within the scheme of things…
And why have eyes that see
And arms that reach
Unless you’re meant to know
There’s something more?
If not to hunger for the meaning of it all,
Then tell me what a soul is for?
Why have the wings
Unless you’re meant to fly?
And tell me please, why have a mind
If not to question why?
And tell me where-
Where is it written what it is
I’m meant to be, that I can’t dare
To have the chance to pick the fruit of every tree,
Or have my share of every sweet-imagined possibility?
Just tell me where, tell me where?
If I were only meant to tend the nest,
Then why does my imagination sail
Across the mountains and the seas,
Beyond the make-believe of any fairy tale?
Why have the thirst if not to drink the wine?
And what a waste to have a taste
Of things that can’t he mine?
And tell me where, where is it written what it is
I’m meant to be, that I can’t dare-
To find the meanings in the mornings that I see,
Or have my share of every sweet-imagined possibility?
Just tell me where- where is it written?
Tell me where-
Or if it’s written anywhere?

 

 

 

Hoe heerlijk…..

Hoe heerlijk.....

Here, mijn Here, hoe heerlijk is Uw Naam op de hele aarde.

Na een natte grauwe winter is het heerlijk om de lente te bespeuren.
Het licht wordt blij en helder.
De lucht heeft een frisse adem.
De bomen strekken zich uit om de eerste zonnestralen te ontvangen.
De ogen van het water keken verward, omdat ze niet bevroren was.
Maar nu twinkelen ze, want ze weet dat de lente zich aan haar afspraak houdt.

De vogels vliegen met takjes heen en weer.
Ze hebben al een partner en een nestplaats gevonden en bereiden zich voor op gezinsuitbreiding.
De eerste lammetjes zijn er al en straks mag ik weer speuren naar de eendkuikentjes in het kroos.

Trek je samen met mij het lentekleed aan?
Je komt er niet omheen, lieve broer, lieve zus
Je mag mee in dat nieuwe leven wat ontluikt.

Want jij bent bijna goddelijk gemaakt en als kroon bedoeld
op dit prachtige gebeuren.

Sta maar op uit de winter en vier met mij het voorjaar.

Here, mijn geliefde Here, hoe heerlijk is Uw naam op de hele aarde.

@Hart tot Hart.

De lijntjes sluiten zich.

De lijntjes sluiten zich.

De lijntjes sluiten zich.

2003. Ik ga verhuizen en kom naast een oude meneer te wonen.

Hij is 94! jaar. Een markante man en ik maak kennis.
We sluiten na enige tijd vriendschap.
Want hij en ik kunnen het reuze goed samen vinden.

We drinken koffie, ik lees de krant van hem.
Pro Deo, buurvrouw, Pro Deo.

s’ Zaterdags tuft hij met zijn auto naar de haringboer.
Soms staat hij met een haring op een schaaltje en een vlaggetje erin geprikt voor de deur.
Hij belt meestal ’s maandags in de ochtend om even een babbeltje te maken.

Hij heeft dan een sofdag. “Vertel eens buurman hoe komt dat?”

“Ik mis haar zo.” Zijn geliefde, die tien jaar terug overleed.

’s Zondagsmiddags rijdt hij naar haar toe. Hij bezoekt haar graf.

Ik mag ook eens mee. Eerst naar het graf van zijn vrouw.

Daarna gaan we naar het graf van zijn nichtje.

Ik wist het al wel. We hadden er al over gesproken.

En dat maakte dat we ons familie voelden.

Inderdaad zijn nichtje, was mijn lief vriendinnetje Ineke.

Opa Buurman was zijn vader. Net zo’n oude krasse man als hij.

Hij was de deur al uit, toen ik naast opa Buurman woonde en Ineke daar regelmatig kwam.

Buurman noemt me zijn dochter.

Samen met een vriendin, een andere “dochter” hebben we hem tot het einde verzorgd.

Al die tijd woonde hij naast me. Dat was zijn grootste wens. Thuis blijven en niet alleen te hoeven zijn als hij stierf.

Zijn dochters waren dan ook bij hem.

De Joden vinden het fijn als de cirkel rond is.

In mijn geval is de cirkel ook rond. De lijntjes zijn gesloten.

@Hart tot Hart.